maandag 26 mei 2014

Verbiest: Nieuw Onderwijskundig Leiderschap …of nieuwe banden?

Deze weken weinig gepost op het blog, maar vooral bedacht wat ik allemaal moest doen en wat dan wanneer zou moeten, overigens allemaal leuke dingen, maar leuke dingen kosten ook tijd.

Eén van de dingen die was blijven liggen was een reactie op dit blog over het stuk van Verbiest (2010) over Nieuw Onderwijskundig Leiderschap. Ik kan hier heel uitgebreid een samenvatting weergeven, maar dat tracht Verbiest zelf al te doen. Ik probeer wel te verwoorden wat mijn gedachten zijn bij het doornemen van deze materie. 

Daarbij begin ik bij een constatering die me bevreemd. Er is in het eerste decennium van deze eeuw opnieuw groeiende belangstelling voor onderwijskundig leiderschap. Fijn, hoe was dat in al die jaren ervoor? Ik denk dat die interesse er altijd is (geweest), echter hoe we het noemen, maakt wel eens dat we denken dat we met iets anders bezig zijn. Elk gesprek met door de wol geverfde collega’s levert vaak op dat zij zeggen: ooh gaat het die kant op…dat hebben we tig jaar geleden ook gedaan. Kortom we veranderen in het onderwijs regelmatig…denken we.

Zelf ben ik slechts acht jaar werkzaam in dit mooie beroep. En zelfs in die acht jaar merk ik dat we veel willen veranderen en dat we (vaak) met z’n allen de stroom volgen. Onderwijsadviseurs stellen één keer in de twee jaar hun aanbod in studiedagen bij en kunnen er weer twee jaar tegenaan. Ik denk dat we allemaal de afgelopen 8 jaar wel een studiedag ADI, zelfstandig werken, autisme of groepsplannen gehad hebben.

Verbiest lezende loop ik voor mijn gevoel ook continu door open deuren. Echter het verschil met Verbiest en Visser is dat hij ze voortdurend open zet en dat ik hem af en toe nodig heb om te bedenken dat het niet zo ingewikkeld hoeft te zijn. Er is niets schokkends aan de hand, het zijn allemaal logische zaken wat mij betreft, maar nogmaals…hij zet ze mooi op een rijtje, onder andere deze:


Hiermee onderhouden we volgens mij met z’n allen de Onderwijs BV op een hele degelijke wijze en zorgen we ervoor dat we met z’n allen keurig de dingen doen die we denken te moeten doen.

Graag trek ik nu de vergelijking met mijn auto.

Ik heb een hele fijne auto, doet meestal wat ie moet doen, prestaties zijn voldoende, de meeste mensen vinden het een prima auto. Ik wil er graag in blijven rijden, dus ben er zuinig op, wellicht schopt mijn auto het op die manier tot oldtimer. Op z’n tijd betekent dit nieuwe banden, voldoende brandstof, een andere accu, wellicht zelfs een keer andere bekleding of velgjes, maar het blijft mijn hele fijne auto…

Maar nu de vraag: volstaat mijn auto eigenlijk nog wel in deze tijd? Kan mijn auto eigenlijk nog mee? Of had ik misschien het lef moeten hebben om eens een keer echt een nieuwe auto te willen?


Ben benieuwd hoe dit op een school/onderwijs van toepassing is…

Geen opmerkingen:

Een reactie posten